vrijdag 20 februari 2015

The last one

20 februari 2015.

Het is al 'n hele poos geleden dat er nog wat inkt uit mijn pen is gevloeid ... véél te lang eigenlijk. De afgelopen maanden waren gevuld met hoop, blijdschap, intens geluk, veel energie en liefde ... maar ook momenten van verdriet en twijfel staken af en toe de kop op. Vermoeidheid ook. Veel had te maken met de inzinking van mijn sprookje-in-'t-echt ... (veel) te lang te sterk geweest - of moeten zijn. Leven met 'n depressieve, suïcidale partner is géén lachertje ... néé, ik kan het niet weten, maar door haar dip, besef ik wel wat ze zoal heeft moeten doorstaan. Al is mijn geduld slechts minimaal op de proef gesteld ... wellicht niks vergeleken met wat zij heeft doorstaan, moeten verkroppen, onder ogen zien, aanhoren, en soms ondergaan ...
Het heeft mijn intense en immense liefde voor haar slechts versterkt en onaantastbaar gemaakt ... gewikkeld in 'n grenzeloos respect.

Ik heb ze zien onderuit schuiven sinds de zomer ... en heb haar zo lang als mogelijk ondersteund, maar op 'n bepaald ogenblik was ook voor haar hulp van buitenaf, professionele hulp, de enige uitweg. En zo heb ik de afgelopen maanden 'n klein beetje mijn schuld aan haar, kunnen terugbetalen. Er voor haar zijn, haar blijvend liefhebben en steunen ... en luisteren vooral, en ... er gewoon zijn. Da's vaak al veel, misschien niet genoeg ... maar het helpt wèl.
Intussen is ze opnieuw aan de slag, net als ik trouwens, en gaat het weer beter, niettegenstaande er regelmatig hardnekkige hangijzers (of wringijzers ?) de kop opsteken. Maar zoals zij mij geleerd heeft te relativeren, en het je leven niet te laten bepalen ... zo probeer ik haar nu ook te overtuigen om niet alles te persoonlijk te nemen en vooral dergelijke externe opstootjes niet tot haar geluk te laten doordringen en het te laten vergallen. Stap per stap, dag na dag ... opgewekt en blij.

Toen ik afgelopen dinsdag de brievenbus lichtte, stak er 'n grote enveloppe in van De Persgroep, gericht aan mezelf. Er zat een maandblad in met een persoonlijk briefje: "Bedankt om je verhaal met ons te delen, Gert ! Veel succes met de carrièrewending ! Melanie". Het was de journaliste van Goed Gevoel die me enkele weken terug interviewde en me nu het maandblad mèt het gepubliceerde interview toestuurde. Het laatste. Het laatste interview. Zo had ik het me voorgenomen - op de valreep in 2014. Vanaf 2015 zou ik zondermeer verder op pad gaan, zonder al te vaak terug te blikken. Het werd meteen ook het mooiste interview in 'n hele reeks: De Standaard; Het Laatste Nieuws; Visie; Het Nieuwsblad; ROB-tv; VTM; Terzake en tot slot Goed Gevoel.

Ik vond het ook toepasselijk ... het laatste interview ... met en in Goed Gevoel. Melanie maakte er iets moois van. Iets moois, ook omdat diegene die al die tijd op me heeft gewacht, me heeft gesteund, ondersteund ... eindelijk ook haar verhaal in het verhaal kon doen. En zo werd mijn getuigenis "onze" getuigenis ... en juist dat maakt het zo mooi. Dat was ook de enige reden om ermee naar buiten te treden: het taboe rond psychische zorgverlening doorbreken - een lans breken voor de mantelzorgers en de zorgverleners, maar vooral ook een positief verhaal brengen, een testimonial, als getuigenis van de lijdensweg die depressie uiteindelijk ook is. Een getuigenis als signaal van hoop, een lamp voor de voet en een licht op het pad voor diegenen die nog zoekende zijn, voor diegenen die verdwaald zijn in "hun" mist. Een misthoorn voor mensen die het licht niet zien en verdrinken in de stille duisternis van eenzaamheid en angstige, gelaten neerslachtigheid. Dàt is ook mijn roeping geworden: mensen helpen, niet alleen in nood, maar hulpbehoevend ook, dement, zwak en zwakzinnig.
Dàt is mijn ROI, om nog éénmaal een term uit mijn vroeger bestaan te gebruiken: mijn Return on Investment. Dat is mijn manier van nederige dankbaarheid aan een maatschappij, een wereld vol zorgverleners en 'n hemelse mantelzorgster ... die er was toen ik hén nodig had.

Daarom ook mijn pastoraal vrijwilligerswerk in het Psychiatrisch ziekenhuis te Diest, alwaar ik tweemaal per week de zieken en zwakzinnigen mee begeleid vanuit en terug naar hun respectievelijke afdeling (te voet of met de rolstoel) teneinde samen de gebeds- en eucharistievieringen te beleven. 's Zondags voegen we er na afloop steevast 'n praatje aan toe bij 'n lekkere kop koffie - het zijn hun vaste momenten van genot en zingeving.
Daarom ook mijn volmondig "ja" tegen die andere roeping ... een roeping om te zorgen, om te zijn ... als zorgkundige ... sinds september in opleiding en sinds enkele weken ook in deeltijds dienstverband in een regionaal en lokaal Woon- en Zorgcentrum. Financieel een wereld van verschil ... én toch ... ik voel me zoveel rijker, rijker als ooit tevoren ... maar vooral ... gelukkiger ook. Gelukkig, nederig en dankbaar ... om ontelbaar kleine, mooie dingen ... en wellicht mentaal ook sterker en positiever dan ooit. En dat laatste ... dàt geeft 'n mens pas écht 'n Goed Gevoel ;-)